woensdag 16 januari 2019

Het is een man die drinken kan!


                                                                    


Het programma LEF van de gemeente dat beoogt om het drinken onder jongeren te verminderen, begint me steeds meer tegen te staan. Vandaag werd ik op Facebook getroffen door de mededeling van LEF dat 94% van de jongeren drinkt om niet buitengesloten te worden. Dat percentage vertrouw ik voor geen meter. Het kan geen goed onderzoek zijn als er zo’n hoog percentage uitkomt. Of moet ik aannemen dat bij een enquête 94% van de jongeren bekend heeft alleen maar te drinken om niet te worden buitengesloten? Daar geloof ik niets van.

Op mijn veertiende verjaardag kreeg ik een pijp, het signaal dat mijn ouders vonden dat ik mocht roken. Dezelfde avond nog kreeg ik een biertje dat vergezeld ging van een preek. Kort samengevat: ‘het is een man die drinken kan’. Mijn vader was goed in het debiteren van wijsheden, maar eigenlijk was het niet aan me besteed. In mijn geheime pre-puberleven was ik lid geweest van een geheime rookclub en had ook al aan de alcohol gezeten. Nicotine beviel me goed, alcohol maar matig. Ik behoorde tot een clubje van avontuurlijk ingestelde jongens die niet konden wachten om het verbodene uit te proberen. We hadden het LEF om grenzen over te steken.

Alleen al de naam LEF lijkt me verkeerd te zijn gekozen. Pre-pubers en pubers verkennen de wereld door uitdagingen aan te gaan en in dat wereldje ben je een mietje als je je angstig terugtrekt. Volgens het onderzoek van LEF bestaat de Volendamse jeugd voor 94% uit jongeren die bang zijn om voor mietje te worden uitgemaakt. Er is geen pedagoog (behalve politiek correcte) die dat voor zijn rekening wil nemen.

Alcohol is verweven in de Volendamse cultuur. Daar was ik getuige van. Volendammers kunnen pas echt feesten als ze een paar glazen achter de kiezen hebben. Door alcohol verlost van hun terughoudendheid, laten ze de teugels vieren. Dat is wat jongeren leren. Het is ook een strenge cultuur. De volgende dag moet je er weer staan. Dat zag ik toen ons huis onderhanden werd genomen. Het jongetje dat cement moest draaien kwam wel om zeven uur opdagen, maar zei dat hij eigenlijk te ziek was. “Ga maar even kotsen’, zei de uitvoerder, “en daarna wil ik niks meer van je horen”. Mooie leerschool! Deed me ook denken aan een andere levenswijsheid van mijn vader: “Bij nacht de man, bij dag de man”.

Ik heb het ook niet zo op het overnemen van succesvol beleid uit andere culturen. Vaak mislukt dat omdat er geen rekening is gehouden met de cultuur waarin dat wordt geïntroduceerd. IJsland, waar het model vandaan komt, heeft een sterke socialistische cultuur. Volendammers zijn republikeins, dat wil zeggen gezond wantrouwen ten opzichte van de overheid en een houding van ‘dat maak ik zelf wel uit’.

Het programma LEF staat me ook tegen omdat het een nogal oppervlakkig uitgangspunt heeft. In Volendam drinken jongeren meer dan elders, heet het. Dat is niet helemaal waar want er zijn gemeenten waar jongeren ook vroeg met alcohol beginnen. De toon vindt ik ook wat patriarchaal en moraliserend. In mijn fantasie zie ik de wethouder (CDA) met een vermanende vinger op de preekstoel staan als hij zegt dat jongeren (94%) alleen maar gaan drinken omdat ze geen mietje willen zijn. Met galmende stem verkondigt hij: “heb het LEF om een mietje te zijn” en “doe niet als je ouders” (want die zullen in de hel branden!).

Misschien ben ik te naïef om het probleem te zien, maar mij lijkt dat er wel wat grotere problemen te vinden zijn. Het programma LEF past als onderdeel in het regeringsbeleid om mensen te verleiden tot een gezondere leefstijl. In Volendam wordt dat beperkt tot jeugdige alcoholgebruik. Lijkt me niet slim. In Volendam worden mensen gemiddeld wat minder oud dan in de rest van Nederland. Kijk, daar ligt pas een echte uitdaging.

Ik ben niet tegen de opwekking om verstandig met alcohol en andere roesmiddelen om te gaan. Ik ben tegen stomme programma’s die de hele gemeenschap en haar instituties in gebreke stellen met de boodschap: ‘Wat doe jij (of doen jullie) om het alcoholgebruik onder jongeren terug te dringen’. Dat gaat zich op de lange duur tegen je keren, mijnheer de wethouder. Geef in plaats van al dat gemoraliseer die uitvoerder een lintje, hij is de echte cultuurbewaker.



vrijdag 8 juni 2018

Is er op het stadskantoor al een veilig werkklimaat?



Deze week las ik een thriller die zich afspeelt in een Mexicaans stadje waar een drugskartel zijn gang kon gaan omdat ze overheid en politie in haar zak had. Onder de inwoners heerste een angstcultuur. Wie zijn nek uitstak betaalde met zijn leven. Verzet vanuit de bevolking was kansloos.

Al lezende kwamen herinneringen terug aan het avontuur dat ik met anderen ondernam in verband met de rehabilitatie van een brandweerman. Een avontuur dat redelijk goed eindigde maar lange tijd ook kansloos leek. De brandweerman was het slachtoffer van een burgemeester (hij is inmiddels overleden) die een zondebok nodig had om het college te ontlasten van directe schuld aan de Nieuwjaarsbrand. Die burgemeester kreeg de volle steun van zijn opvolger Willem van Beek die naar willekeur aan alle touwtjes mocht trekken van het college en de gemeenteraad.

Natuurlijk is Edam-Volendam geen Mexicaans stadje, maar ons avontuur heeft op onweerlegbare wijze duidelijk gemaakt dat ongecontroleerde machtsuitoefening tot bizarre situaties leidt. Van Beek, met op de achtergrond zijn vriend IJsselmuiden, maakte royaal gebruik van de middelen die hem ter beschikking stonden. Driehonderdduizend Euro werd besteed aan juridische kosten om de burgermeestervrienden uit de wind te houden. Ambtenaren werden ingezet om het leven van de brandweerman zuur te maken en kranten er van te weerhouden om aandacht aan de kwestie te besteden. Roddel en manipulatie werden ingezet om ons burgerlijk verzet kansloos te maken. Van Beek, daar zijn vriend en vijand het wel over eens, was (mede)schuldig aan de angstcultuur die op het stadskantoor heerste. Zijn wil was wet en ook als hij over de rand van het betamelijke ging, werd hij niet gecorrigeerd. Onze grootste teleurstelling was echter de gemeenteraad. Waar we dachten te kunnen rekenen op de controlerende taak van dat orgaan, bleken ze niet veel meer te zijn dan het verlengstuk van het college. Één partij vormde de uitzondering: GroenLinks. Een van de leden nam het initiatief om tot een oplossing te komen, maar werd met een reactie van het college een kopje kleiner gemaakt. De ombudsman werd gemanipuleerd en dat kon omdat IJsselmuiden familiaal verbonden was met de Vice-Ombudsman Van Dooren. De Nationale Ombudsman nam wraak door inzage te geven in een brief van IJsselmuiden waarin deze, in tegenstelling tot wat de gemeente als formeel standpunt naar buiten bracht, de schuld nog steeds volledig bij de brandweerman legde.

In de kwestie van de rehabilitatie van de brandweerman speelde macht een veel grotere rol dan recht. Mexicaanse toestanden dus, waarbij de integriteit van veel mensen beschadigd werd. Het is een geluk bij een ongeluk dat hier, anders dan in Mexico, niemand letterlijk een kopje kleiner wordt gemaakt en men hooguit spreekwoordelijk over lijken gaat. In ons avontuur hebben we gezien hoe ambtenaren al dan niet gedwongen hun integriteit te grabbel gooiden, zonder dat ooit iemand zich daarom bekommerde. Wie binnen de macht meespeelt is een vriend van het bevoegde gezag, wie dat niet doet is de vijand en kan consequenties verwachten vanwege het gebrek aan loyaliteit. De verkeerde loyaliteit. Die kan op het werk nooit gelden voor personen maar wel voor gezamenlijke doeleinden.

Het zal hier nooit zover komen als in Mexico waar overheid en politie buigen voor de macht van een drugskartel en daar beter van worden. Dat betekent niet dat er geen zorgen zijn. Ongecontroleerde politieke of ambtelijke macht die zich handhaaft met manipulaties was niet vreemd aan de gang van zaken op het Stadskantoor. Nog niet zo lang geleden voelden ambtenaren zich genoodzaakt om uit angst anoniem te blijven bij hun klachten over vooral gemeentesecretaris Marcel Hermans. De klachtenbrief werd niet voldoende serieus genomen, zoals dat meestal gebeurt met de klachten van klokkenluiders. De klachtenbrief verscheen nadat de nieuwe burgemeester de voorzittershamer van Van Beek had overgenomen. Waarschijnlijk rekenden ze er op dat een nieuwe burgemeester de klachten serieus zou nemen.

De angstcultuur op het Stadskantoor heeft lange tijd, veel te lang bestaan. Hoe het er vandaag bij staat weet ik niet precies. De signalen die ik krijg zijn diffuus. Er is een wijdverspreide onvrede en angst om concrete bewoordingen te gebruiken. Dat snap ik wel, maar het wijst wel op angst.
Ik formuleer het maar voorzichtig. Het lijkt er op dat men er op het Stadskantoor nog steeds niet in is geslaagd om een cultuur te creëren waarin alle werknemers zich veilig voelen. En zolang die situatie niet bestaat, krijgen burgers niet het beleid waar ze recht op hebben: kostenefficiënt, doelmatig en integer.

Om niet helemaal in mineur te eindigen. Niemand twijfelt aan de integriteit van Lieke Sievers, onze huidige en nog steeds een beetje nieuwe burgemeester. Wat dat betreft zijn we er flink op vooruitgegaan. Het eigen belang staat bij haar niet hoog op het prioriteitenlijstje. Ik geloof ook dat de gemeente serieuzer bezig is met het luisteren naar inwoners. Of het allemaal zo mooi is als de propagandistische informatiekrant, die vandaag in de bus rolde, ons voorhoudt, betwijfel ik. Die krant stinkt een beetje naar drukinkt en eigenroem en laat nog steeds de vraag open of het werkklimaat op het stadskantoor veilig is.





zaterdag 17 oktober 2015

Een raadsvergadering met verkooppraatjes in Edam-Volendam

                                                                    


De verslaggever van het NHD verliet voortijdig de vergadering van de gemeenteraad van 8 october 2015. Hij had nog een deadline te halen, zijn verslag moest de volgende dag in de krant staan. Mij leek het deze keer beter om mijn indrukken te laten bezinken en rijpen.  Natuurlijk speelde daarbij de zen-houding die ik tijdens het langdurig verblijf in de Poolse natuur heb opgedaan een rol. Het langdurig gadeslaan van groeiend gras en luisteren naar het altijd aanwezige vogelgezang scheppen afstand van het dagelijks gedoe zoals dat van de raadsleden die de gemeenteraad bevolken en volgens hun per mandaat verkregen democratische opdracht, druk zouden moeten zijn met het controleren van het bestuur.  Inderdaad zag ik een paar daarmee bezig. Een paar maar.

Even flonkerde Johan Mühren
Kennelijk mocht hij van zijn fractie tijdens het raadsplein even losgaan op de weinig belangrijke beleidsnota die de gemeente er voor moet behoeden dat archeologische sporen in de bodem door bouwactiviteiten verloren gaan. Genadeloos en met een zowel doelgerichte als genadeloze verbale dribbel sneed hij dwars door de verdediging van wethouder Kes en de door haar meegenomen deskundige ambtenaar heen. Het was even genieten toen hij Marisa Kes door de wringer haalde en haar volstrekt terecht betichtte van het onzindelijk argumenteren.  Met een scherpe voorzet tackelde hij haar drogredenering. Het is te betreuren dat de kansen voor open doel die wethouder Kes iedere vergadering al weer jaren biedt als ze aan het woord is, door hem niet konden worden benut. De democratie zou er mooier van zijn geworden. Het is te betreuren dat zijn carrière als pleiter voor criminelen die een moeilijke jeugd hebben gehad tot het einde van zijn raadslidmaatschap leidt. Ik zie in hem een fantastische toekomstige fractievoorzitter die het raadsdebat weer niveau kan geven. Zijn terechte advies, “we kunnen beter wachten op een beter doordachte nota”, werd door wethouder Kes weggewimpeld met de drogredenering dat er van uitstel geen sprake kon zijn omdat er al te lang mee was gewacht. Opportunisme in een mantelpakje. Waarschijnlijk oogstte Mühren wel bewondering van zijn collega’s, maar dat weerhield hen niet om zich ten gunste van het slechte voorstel uit te spreken.

Nutteloze inspraak over uitbreiding industrieterrein Edam
Van de inspraak door ‘Vogels hebben ook bouwdrift’, kreeg raadslid en fractievoorzitter voor VD|80 ‘de rillingen’. Ik heb in mijn verslagen al heel lang niet meer de ‘nacht op de kale berg’ uitgedeeld. Maar deze keer ontkom ik er niet aan om Karhoff in aanmerking te laten komen voor een eenzame nacht om zijn zonden te overdenken. “De uitbreiding is belangrijker dan het behoud van groen” was zijn stelling. Dat is weliswaar nog niet genoeg voor de veroordeling tot een ‘nacht op de kale berg’ , die krijgt hij voor het lijdzaam luisteren, het niet stellen van vragen aan de insprekers, het geen moeite doen om hun veelal zakelijke argumenten te weerleggen en het met verkooppraatjes verdedigen van een rammelend voorstel.  De tweede inspreker, Klaas Breunissen van de Stichting Behoud Waterland, kwam met een aantal houtsnijdende juridische argumenten die voorspellen dat er nog een heel lange juridische weg te gaan is voordat het voorstel in daden kan worden omgezet, als het al ooit zover komt. Negen hectare nieuw industrieterrein is niet niks. De inspraak leverde  een prachtig voorbeeld op over hoe de democratie zich niet voltrekt in de gemeenteraad, maar moet worden bevochten met juridische procedures. Daar is de gemeente al eens vaker de fout mee ingegaan.

Gudy, het niet meer zo groene ‘groentje’ van GroenLinks, deed waarvoor ze is gekozen, maar het had grondiger gekund. Ze berispte het college over haar rigide reacties op de ingediende bezwaren. Die reactie wekte de indruk dat eigenlijk alles al vaststond. Ze berispte het college verder dat het voorstel gebaseerd is op een onderzoek dat iedere kwaliteit ontbeert om voor een serieus onderzoek door te gaan. Een ‘neponderzoek’, voeg ik daar aan toe. De werkelijke behoefte achtte ze te vaag om het plan door te zetten. Zo was er bijvoorbeeld geen antwoord op de mogelijke hoogte van silo’s. “In dit controversiële dossier, stelt het college zich arrogant op”, was haar eindconclusie.

Van de PvdA dat gezien het nieuwe en de voorgaande verkiezingsprogramma’s niets ziet in de uitbreiding van het industrieterrein, had iets dergelijks kunnen worden verwacht. Ze lieten het bij de laffe uitspraak dat ze liever hadden gewacht tot 2016 zodat ook Zeevang had kunnen meespreken. Twee vliegen in één klap, en dat was best knap. De zusterafdeling in Zeevang werd niet geschoffeerd en er werd geen banvloek van CDA/VD|80 geriskeerd op een mogelijke deelname van de PvdA in het per 2016 te vormen college. Of en hoe de PvdA bezweken is voor de druk, kan niet worden vastgesteld. Het debat over dit onderwerp werd voorafgegaan door een besloten vergadering.
Loek Kras van de Lijst Kras, schrijft beter dan hij spreekt. Maar uit zijn zoveelste warrige betoog was in ieder geval op te maken dat zijn partij in de besloten vergadering zwaar onder druk was gezet om mee te gaan in het voorstel omdat een verdeelde raad de positie van de gemeente in een juridische procedure zou verzwakken. Moge uw klompen breken en broeken afzakken bij dit staaltje van ‘nepdemocratie’. Lijst Kras was overigens niet tegen de uitbreiding als zodanig. Lijst Kras vond het voorstel financieel en op andere punten zo zwak dat ze er niet mee kon instemmen. Lijst Kras kan zich als collegepartij beroepen op het duaal stelsel al wordt er ook gefluisterd dat haar standpunt ingegeven is door wraak over het niet steunen van wethouder Rijkenberg inzake het Europaplein. Maar daardoor verliest het standpunt van LK niet aan duale waarde. Over de besloten vergadering later meer.

Het CDA en VD|80 namen de verdediging van het voorstel uit handen van wethouder Kes die daardoor een gemakkelijke avond had. Het CDA hield zijn bijdrage aan het debat rustig. De partij met ‘Democratisch’ als middelste naam wees op de al geïnvesteerde bedragen en noemde dat een groot belang. Het pleidooi was verder gericht op de grote bijdrage die werkgevers leveren aan de werkgelegenheid en op het feit dat die werkgevers graag in Edam-Volendam blijven omdat het zo’n sterk merk is. Fractieleider Karhoff van VD|80 had ongeveer eenzelfde pleidooi maar presenteerde zich als een ware spreekstalmeester ten gunste van het voorstel. Net als het CDA hield hij een verkooppraatje met gezochte argumenten die er vooral op gericht waren om Baanstee
-Noord als vestigingslocatie uit het zicht te houden.

Intermezzo
Hier heb ik even een intermezzo nodig om de bedrijven op de uitgestrekte industrieterreinen van Purmerend te bewenen die een noodlijdend bestaan leiden omdat ze niet op kunnen boksen tegen het sterke merk ‘Edam-Volendam’.

En weer verder
Belangen zijn de moeder van argumenten en CDA en VD|80 gaan daar onbeschaamd mee om. Verkooppraatjes maken nieuwsgierig naar de onderliggende argumenten en ik heb er maar twee gevonden. De gemeente heeft geld geïnvesteerd in het terrein en dat kunnen we niet laten verpieteren. Dat is geen keihard argument. Een keihard argument zou gaan over de onmogelijkheid om het geïnvesteerde geld als verlies af te schrijven. Het tweede argument, de belangen van werkgevers, lijkt me al evenmin betrouwbaar. Een bedrijf heeft een gevestigde naam vanwege zijn kwaliteit en niet vanwege de plaats waar het industrieterrein ligt. Dus waarom zou de gemeente bedrijven in het kader van de regionale samenwerking niet verwijzen naar Baanstee-Noord in plaats van haar eigen industriegebied uit te breiden? Is het voor werkgevers prettiger winkelen in Edam-Volendam dan in Purmerend? Ik moet nu weer denken aan de silo’s van Gudy, het niet meer zo groene groentje.
Tenslotte, de VVD heb ik nog niet genoemd. Fractielid Karregat benoemde wel de twijfels. De vraag of het nodig is, de onzekerheden die aan het voorstel kleven, maar ging uiteindelijk namens zijn fractie akkoord vanwege het sterke merk en met het zicht op werkgelegenheid. Alsof werkgelegenheid op Baanstee-Noord geen werkgelegenheid is.

De besloten vergadering
Moed kan Lijst Kras niet worden ontzegd. De partij klapte niet alleen uit de school, een doodzonde in de ogen van de partijen met verkooppraatjes, bij monde van Loek Kras vroeg ze zich ook af wat in dit geval het nut en de noodzaak van de beslotenheid was. Zwaaiend met zijn papieren riep de boze Loek dat hij daarin geen enkel woord had gevonden om de beslotenheid te rechtvaardigen. Ik maak hem voor even mijn held. Ik vind dat een te prijzen opstelling voor een raadslid. Lijst Kras zou op basis van haar gedrag in deze vergadering verder kunnen gaan onder de naam ‘Democratisch Edam-Volendam’. Hij kreeg steun van Nico van Straalen van GroenLinks. Ook die had het idee dat raadsleden wel erg vaak geconfronteerd worden met geheime stukken en besloten vergaderingen. De rest deed er het zwijgen toe.
De burgemeester maakte het onderwerp snel onschadelijk door zijn voorstel het in het Presidium aan de orde te stellen. Ook dat is een besloten club. We zullen nooit weten hoe de verschillende partijen daar met het onderwerp omgaan. Het mooiste zou zijn als de fractievoorzitters in het presidium opdracht geven om een nauwkeurig voorstel over de criteria voor beslotenheid en geheime stukken voor te bereiden en in de raad bespreekbaar te maken. Verwacht ik dat zoiets zal gebeuren? Ik weet het niet. In mijn ervaring staat de huidige burgemeester niet bekend om zijn halsstarrige houding bij de verdediging en bewaking van transparantie en een strikt democratische gang van zaken. En daarmee legitimeert hij partijen die alles liever in eigen hand houden dan prijs te geven aan het democratisch proces. Als het Presidium toch aan de slag zou gaan, dan dient ze hoognodig ook de kwaliteit van raadsstukken aan de orde te stellen, of, nog beter, de omgang van de raad met kwalitatief slechte voorstellen van het college. Ook daarin mis ik de bewakende hand van de burgemeester als voorzitter van het college en van de gemeenteraad.

Tot slot

Ook ik heb het einde van de vergadering niet afgewacht. Voelend hoe mijn in maanden opgebouwd zen-houding wegsijpelde om plaats te maken voor verontwaardiging over het democratisch proces, over de verkooppraatjes die de eigenlijke argumenten bedekken en die daarom geen onderdeel zijn van het debat, over de magere leiding van de burgemeester. Er waren weinig hoogtepunten. Hoe slecht gebracht zijn betoog ook was, Loek Kras was voor mij de held van deze vergadering. Verkopers heb ik nooit vertrouwd omdat ze nooit alles vertellen. De gemeente wordt geregeerd door de collegepartijen VD|80 en CDA die vanwege hun politieke stijl: ‘het doel heiligt de middelen’, eigenlijk niet aan aanmerking komen voor een volgende ronde.

woensdag 20 mei 2015

SKOV-bestuurders blijven gezonde ontwikkeling onderwijs en organisatie hinderen

                                                                   

Het is niet voor het eerst dat ik over de SKOV schrijf. De Volendamse onderwijskoepel is in handen van het duo Freek de Boer en Dick Mooijer, twee lieden die ik eerder als tsaren beschreef. Het lijkt er ook op dat ik ze beter zou kunnen vergelijken met Afrikaanse dictators die levenslang aan de macht willen blijven en recht en daartoe wet naar hun hand zetten. Als twee voormalige uitvoerende bestuurders die weer zijn opgenomen in het toezichthoudend bestuur en de statuten hebben aangepast om aan te kunnen blijven als bestuurder, wat denk je dan? Ze zullen zeggen dat iedereen er mee heeft ingestemd. Natuurlijk, in hun rol als uitvoerend bestuurder durfde ook al niemand ‘nee’ te zeggen. Het zijn sergeanten die zich generaal wanen te zijn en met hun dwingende en af en toe dreigende manier van doen overal hun stempel op zetten. Ja, die vergelijking met Afrikaanse dictators die denken dat er niets van terecht komt als hun persoonlijke inzichten niet strikt worden opgevolgd, is zo gek nog niet.

Zo goed is de SKOV nu ook weer niet

De fraaie woorden over de kwaliteit van het onderwijs van de SKOV, komen natuurlijk vooral van de organisatie zelf. Maar bij een objectieve vergelijking houden die fraaie woorden geen stand. In een artikel in de NRC van 26 februari 2015 wordt gekeken naar hoeveel kinderen een VWO-advies krijgen. De gemeente Edam-Volendam zit in de één na laagste categorie. Purmerend zit een categorie hoger en Zeevang en Waterland zitten in de op een na hoogste categorie. Zijn kinderen in Edam-Volendam dommer dan in de omliggende gemeenten? Dat denk ik niet, ik denk eerder dat ze gemiddeld slimmer zijn. Hoe kan het dan dat er minder doorstromen naar het VWO? Ik ken niet alle antwoorden, maar als basisscholen en het voortgezet onderwijs (DBC) binnen één koepel zitten die een monopolie op het onderwijs in Volendam heeft, hebben we het begin van een antwoord. Een volgend deel van het antwoord is dat de SKOV een CDA-organisatie is. De CDA-clan beheerst een aantal sociale domeinen waarvan onderwijs er één is. De huidige wethouder van onderwijs is van het CDA en het college zal geneigd zijn haar te steunen. Het volgende deel van het antwoord is eerzuchtige maar onbekwame bestuurders die beschermd worden door een politieke clan.
Ik heb me ook buitengewoon verbaasd over de uitbreiding van het Don Bosco College. Terwijl de rest van het land er achter aan het komen is dat groter niet beter is, gaat het DBC uitbreiden omdat er zo veel leerlingen van buiten de gemeente komen. Verstandig is het niet, maar wie houdt ze tegen? Het CDA niet. De gemeenteraad niet. Die hebben zich door de optimistische presentatie en het miljoen dat de SKOV zelf voor de uitbreiding uittrok op het verkeerde been laten zetten. De realiteit is dat over enkele jaren het aantal leerlingen weer zal teruglopen. Het CDA plaatste echter een jubelartikel in de NIVO over de uitbreiding. Ondertussen bereiken me berichten dat er op docentenuren is gekort en de staf van DBC is uitgebreid. Het is altijd weer hetzelfde liedje. Op de uitvoering wordt bezuinigd, de staf wordt vergroot en niemand die er wat van zegt.

Teruglopende reputatie

De naam van de SKOV als onderwijsorganisatie is al lang niet meer onbezoedeld. Dat is vooral te wijten aan de twee heren die ik eerder ‘tsaren’ noemde en ook iets gemeen lijken te hebben met Afrikaanse dictators. Binnen de organisatie rommelt het. Terwijl een bus met leerlingen uit Marken en Waterland richting DBC rijdt, zitten er steeds meer leerlingen uit Edam-Volendam in de bus naar Hoorn. Je vraagt je af waar ze bij de SKOV mee bezig zijn. De onrust is al eerder verwoord door de GMR, door de directeuren en personeel van de basisscholen, door vele personeelsleden van het Don Bosco College. Die onrust is in de publiciteit gekomen. In de leiding ontbreekt een bovenschoolse manager voor het basis onderwijs en het DBC doet het met mevrouw Schermer als waarnemend directeur. Bij een normale sollicitatieprocedure zou ze nooit op de plek terecht zijn gekomen. Binnen het DBC geniet ze weinig vertrouwen en zonder de steun van Mooijer en de Boer zou ze het waarschijnlijk niet lang volhouden.
Door het aanblijven van de twee huidige besmette toezichthoudende bestuurders blijft er rondom de organisatie van de SKOV een grauwsluier hangen. Ouders en personeel zullen wantrouwend blijven over de besluiten van het bestuur. De huidige situatie doet onrecht aan de nieuwe bestuurder, omdat er grote twijfel heerst over zijn bevoegdheden. Een voorbeeld is het besluit dat hij heeft genomen over de sluiting van de Jozefschool als een erfenis van de vorige twee uitvoerend bestuurders.

De Boer en Mooijer dienen terug te treden

De landelijke organisatie voor onderwijs kent een integriteitsmodel waarin het onwenselijk wordt geacht dat personen die eerst uitvoerend bestuurder waren zitting gaan nemen in het toezichthoudend bestuur. Daar zijn heel veel goede redenen voor. De belangrijkste is wellicht dat zulke personen de neiging zullen hebben de belangen en relatienetwerken uit hun eerdere functie te blijven ondersteunen. Dat is een hinderlijke belemmering voor de nieuw aangestelde uitvoerend bestuurder Hans van Rooyen die beide heren in zijn nek zal houden. Ze zullen over zijn schouder mee blijven kijken en mee willen blijven besturen. Op deze wijze komt het toezichthoudend bestuur niet aan zijn controlerende functie toe. De Boer en Mooijer zullen dan ook onder dankzegging voor bewezen diensten uit de SKOV-organisatie dienen te treden. Als ze werkelijk het belang van de SKOV voor ogen hebben, zouden ze dat ook doen. Dat zou ook in het belang zijn van de nieuw aangestelde bestuurder de heer van Rooijen en uiteraard ook voor de bovenschoolse manager van het basisonderwijs. Daardoor zouden zij de ruimte kunnen krijgen en nemen om zonder hinder van de invloed van de eerdere uitvoerend bestuurders hun werkzaamheden kunnen uitvoeren.

Belanghebbenden moeten hun macht gaan gebruiken

De negatieve spiraal die Mooijer en de Boer hebben ingezet, moet worden gestopt en omgebogen. De gemeente en de gemeenteraad hebben het dankzij het CDA laten afweten. Het wordt tijd dat leerlingen, ouders en personeel hun politieke, informele en formele macht gaan gebruiken om aan de onwenselijke situatie binnen de SKOV een einde maken. Het zijn hun scholen, het is hun onderwijs, het gaat om hun belang. Het gaat niet om het belang van twee gepensioneerde heren die besturen als hobby hebben als invulling van hun persoonlijke behoefte aan onbeperkte macht en eerzuchtig genoeg zijn om kritiek en zelfkritiek te ontlopen.

Een lange lijst van ellende

In de loop van de tijd dat ik me met het SKOV bezig houd, heb ik veel informatie verzameld. Het meeste is te gedetailleerd om in een artikel onder te brengen. Voor sommige dingen heb ik moeite moeten doen, andere informatie kwam uit verschillende delen van de organisatie. Het gaat veelal om informatie en kritiek die niet vrij gebruikt en geuit kan worden. Alleen al dat is een aanwijzing voor een organisatie die ziek is. Onderstaande punten zijn niet uitputtend. Per stuk zou ik er een artikel van 500 woorden aan kunnen wijden met cijfers, naam en toenaam. Ik hoop dat dat niet hoeft. Het zijn voldoende punten om de ongeschiktheid van beide heren als bestuurder aan te tonen.

> 1. Het veroorzaken van grote onrust door het nemen van een besluit tot opheffing van de Jozefschool op basis van een onjuiste toepassing van de regelgeving.
> 2. Het veroorzaken van grote onrust onder de directeuren en personeel van de basisscholen.
> 3. Het veroorzaken van grote onrust onder de leden van de Gemeenschappelijke medezeggenschapsraad van de basisscholen.
> 4. Het veroorzaken van uitval door werkgerelateerde ziekte van de bovenschoolsmanager van het basisonderwijs.
> 4. Het onterecht opwerpen van allerlei luchtkastelen, waaronder het fuseren van een vijftal basisscholen, het onterecht plaatsen van 22 Fte in het risicodragend deel van de personeelsformatie.
> 5. Het veroorzaken van vele negatieve publicaties over het handelen en nalaten van het bestuur,  in dag- en weekbladen en op het internet.
> 6. Het negeren van een dringend verzoek om vertrek van de twee leden van het uitvoerend bestuur, van de GMR en directeuren van de basisscholen.
> 7. Het bij herhaling uitstellen van het verminderen van het aantal groepen in het basisonderwijs voor plaatsing van kleuters, waardoor, gemeten over de looptijd, onnodig miljoenen euro's ingezet zijn.
> 8. Het onnodig inschakelen van zeer kostbare externen ter camouflage van onkunde van het bestuur.
> 9. Een foutieve keuze van een nieuw hoofd stafbureau met alle kosten van dien en het inlenen van een tweede hoofd stafbureau zonder in achtname van de geldende procedure en zonder bevoegdheden.
> 10. Een onterecht zeer hoge afkoopsom van de voormalige rector van het Don Bosco College.
> 11. Het snode plan om alle oudere leerkrachten door afkoop met vervroegd pensioen te sturen.
> 12. Het zonder inachtneming van de geldende procedure aanstellen van een echtgenoot van de voorzitter van de toezichthouders tot  concierge van het Don Bosco College.
> 13. Het niet aanstellen van een nieuwe rector voor het Don Bosco College, dus het maken van een verkeerde keuze en het buitensluiten van een bekwame Volendamse sollicitant, waardoor moest worden volstaan met een tweede keus, van wie duidelijk was dat zij te licht is voor deze functie, en al eerder was teruggezet als afdelingsleider.
> 14. Het traineren van de aanstelling van een opvolger van de uitvoerend bestuurders.
> 15. De intense en zeer autoritaire bemoeizucht met de uitvoering van zaken die behoren tot de bevoegdheden van anderen.
> 16. Het achterhouden van notulen en besluitenlijsten.
> 17. Het niet beantwoorden van vragen en brieven van derden aan het bestuur.
> 18. Het onderhands uitgeven van werk met uitsluiting van concurrerende partijen.
> 19. Het zeer autoritaire gedrag van de uitvoerend bestuurder tegenover directeuren en personeel.
> 20. Het laten opstellen van allerlei rapporten ter camouflage van de onkunde van de uitvoerende bestuurders.
> 21. Het onterecht besteden van een miljoen euro voor de bouw van lokalen van het Don Bosco College voor een beperkte tijd, terwijl de bekostiging thuishoort bij de gemeente.
> 22. Het aanpassen van statuten ten behoeve van het kunnen aanblijven van de uitvoerende bestuurders als toezichthouder.
> 23. Het bij herhaling toekennen van groepen kinderen uit het voedingsgebied van de Petrusschool aan scholen in de Blokgouw om deze in stand te houden.
>24. Het verminderen van docentenuren Petrusschool en verhogen van de stafuren Bij het DBC.
>25. Het voortdurend door heerszucht en willekeur ondermijnen van de spirit en ambitie onder het personeel.




donderdag 2 april 2015

Het gesol met het Europaplein

                                                               

De Zeestraat en het Europaplein zijn bepaald niet moeders mooiste. De geschiedenis heeft er zijn merktekens achter gelaten. Een trambaan, een gashouder en rookhuisjes hebben hun sporen achtergelaten en zijn verantwoordelijk geweest voor de contouren van de te brede Zeestraat en het weinig aantrekkelijke Europaplein. De vervanging van het oude PiusX voor het nieuwe PX is een grote verbetering geweest voor het aanzien. De Havenhof is dat nooit geworden, al zou de vervanging van het wit van de topgevels door Waterlands groen en nog liever blauw een hele verbetering opleveren.
Centrum
De Zeestraat en Europaplein met hun omgeving vormen met hun opgang naar de Dijk het centrum van Volendam. Een centrum met tal van functies is van ons allemaal, heb ik al eens eerder gesteld. Het is niet alleen van de bewoners en de ondernemers, het is ook erfgoed dat iedereen toebehoort. Ook de gebruikers van het centrum hebben hun rechten want zonder hun regelmatig bezoek en aanwezigheid, zou het geen centrum meer zijn. De drie rechthebbenden, de bewoners, de ondernemers en de gebruikers hebben op papier gezelschap gekregen van een vierde partij: de toerist.  Een aantal jaren geleden werd een plan gemaakt (Integraal Ontwikkelingsplan) dat voorzag in het aantrekkelijker maken van het centrum ten behoeve van de dag- en verblijfstoerist. Ineens mocht PiusX van het CDA niet meer op dezelfde plaats worden gebouwd. De ruimte moest gereserveerd worden voor nieuwe centrumplannen met uitbreiding van het aantal winkels en woonfuncties daar boven. Daarmee trad een vijfde partij als mogelijk belanghebbenden aan. Die partij bestaat uit bouwers en projectontwikkelaars die likkebaardend naar al die mooie verdienkansen keken. Wethouder Marisa Kes (VD|80) legde de loper voor ze uit en de doos van Pandora was geboren. Sindsdien is er onrust.
Parkeren
Het integraal ontwikkelingsplan is door de tijd achterhaald. Het idee om het winkelbestand uit te breiden is niet levensvatbaar meer door het veranderend koopgedrag. De megalomane plannen van Wethouder Kes zijn afgeserveerd door de gemeenteraad en de Raad van State heeft een streep door een deel van het bestemmingsplan gehaald. Een nieuwe wethouder Wim Rijkenberg (Lijst Kras) is in 2014 begonnen met de ontwikkeling van nieuwe en bescheidener plannen. Ze zijn recent gepubliceerd en ook al weer bron van heftige discussies geworden.  De verschillende belanghebbenden proberen ieder een eigen bestemming te geven aan het Europaplein. De bewoners aan het plein en de groene idealisten willen een autovrij plein. De ondernemers en bezoekers willen op het Europaplein kunnen parkeren. Ze geloven niet in het idee dat het plein tot leven kan worden gebracht zodat het gaat lijken op de mooie plaatjes die van het toekomstig plein zijn gemaakt. Ik behoor tot de ongelovigen. Een maakbare wereld bestaat alleen in de hoofden van plannenmakers, de gebruikers zullen het links laten liggen.
In feite gaat de strijd tussen de bewoners van het plein en de ondernemers. Wethouder Kes heeft de bewoners een sterke positie gegeven. Maar ze zijn slechts één van de partijen. Ze hebben altijd auto’s voor de deur gehad net als de bewoners langs de parkeerpleinen bij de Stient en van Baarstraat. Een keuze voor het wonen in het centrum brengt met zich mee dat je woont in de reurigheid die een centrum met zich mee brengt. Daarom kan wat mij betreft aan hun belang geen overmatige waarde worden toegekend.
Psychologie
Ooit was ik een trouwe klant van de Hema. Daar kom ik tegenwoordig nauwelijks meer. Sinds je niet of in de wintermaanden nauwelijks meer kunt parkeren op het Europaplein, heb ik alternatieven gezocht en gevonden. En ook al roepen ze dat vanaf  het parkeerterrein van de AMVO het niet ver is, bij mij werkt het niet. Ik ben lang niet de enige. Nadat in de herfst van vorig jaar beperkt parkeren op het Europaplein weer mogelijk werd, meldden de winkeliers een substantiële verhoging van de omzet. De theorie van loopafstanden  is een abstractie die door de praktijk wordt weerlegd. Het heeft met psychologie te maken en die wordt volstrekt genegeerd door de plannenmakers met hun  ideaalplaatjes. Ze gaan uit van hun eigen droombeleving in plaats van de beleving van centrumbezoekers.
Kies voor ondernemers
Zonder winkels geen centrum en zonder winkelbezoekers geen sfeer. Dat zou het belangrijkste uitgangspunt moeten zijn bij het maken van plannen. En de kernvraag is dan: wat wil het bezoekend publiek? Wat maakt het voor hen aantrekkelijk? Uit alle onderzoeken op dat terrein blijkt dat parkeerfaciliteiten een belangrijk criterium zijn en in de praktijk is gebleken dat parkeren op het Europaplein omzetverhogend werkt voor de ondernemers in het centrum.  De huidige situatie is al heel wat fraaier dan het oude parkeerterrein. Er zijn geen doorslaggevende redenen die wijziging van de bestaande situatie noodzakelijk maken, op een wijziging na. Ook in de zomermaanden zou het Europaplein voor parkeren moeten kunnen worden benut. Dat is in het belang van de ondernemers en het is de wens van de bezoekers en met die wensen wordt te weinig rekening gehouden.
Niks meer aan doen
Niks doen is natuurlijk een lastige opgave voor plannenmakers en politici, maar in dit geval zou het toch wel eens de beste oplossing kunnen zijn. Bestem het Europaplein voor parkeren in zijn huidige vorm en leg er geen droomplaatje over heen dat waarschijnlijk nooit tot leven zal komen. Het is een waagstuk met een hoog risico op mislukking. Mislukking gaat te koste van de ondernemers. Persoonlijk en als medebelanghebbende heb ik maar twee wensen. Laat het zoals het is en maak parkeren ook in de zomer mogelijk. Mijn tweede wens geldt de Havenhof. Verander al dat wit in mooi Waterlands blauw. De hele omgeving zal er van opfleuren en huiselijker van worden en dat willen we toch?




zaterdag 14 februari 2015

Help!, de Jozefschool in Volendam wordt gesloten

foto.jpg wordt weergegeven
Het SKOV bestuur met de Jozefschool op de achtergrond
                                                                                                             

Bijna overal in Nederland lopen de leerlingaantallen terug waardoor er scholen moeten worden gesloten. Zo ook  in het ooit kinderrijke Volendam dat op circa 20.000 inwoners 10 basisscholen telt. Samen met de school voor voortgezet onderwijs Don Bosco vallen ze onder het bestuur van de Stichting Katholiek Onderwijs Volendam (SKOV). De stichting voorziet dat er in de nabije toekomst twee scholen zullen moeten worden gesloten. In 2013 werd al eens eerder besloten de Jozefschool te sluiten. Als gevolg van de protesten van de ouders werd het besluit ingetrokken. Nader onderzoek moest uitwijzen hoe op beredeneerde wijze tot de keuze van sluiting van een van de tien scholen kon worden gekomen.

De Jozefschool is uniek

In 2014 vierde de Jozefschool haar 100-jarig bestaan. Het is de enige basisschool in de ‘Oude kom’ zoals het centrum van Volendam wordt genoemd. Leerlingen en hun ouders vormen een weerspiegeling van de bevolking van de ‘Oude Kom’ en die is nogal anders en diverser dan in de andere wijken van Volendam. De diversiteit wordt door de betrokkenen als uniek beleefd en meer dan bij andere basisscholen draagt de Jozefschool bij aan de gemeenschapsbeleving van de inwoners van de ‘Oude Kom’. Het is de belangrijkste  reden waarom de inwoners van het centrum geen afstand willen doen van hun ‘eigen’ school.  De school floreert. De ouders zijn zeer betrokken. De aanwas van kinderen in het centrum is groot genoeg om het leerlingenaantal voor de komende jaren op peil te houden.

Geen vrije schoolkeuze heeft de SKOV schatrijk gemaakt

De omvang van de rijkdom van de onderwijsstichting is zodanig dat er geld genoeg is om problemen op te lossen. In Volendam bestaat geen vrije schoolkeuze. De onderwijsstichting bepaalt naar welke school de leerlingen gaan. Door het schuiven met leerlingen werden de bestaande scholen maximaal benut. Dat economisch model heeft de SKOV geen windeieren gelegd. Ze behoort tot de rijkste onderwijsstichtingen van het land. Dat economische model ligt ook ten grondslag aan de keuze om de Jozefschool te sluiten. Om te blijven beantwoorden aan de eisen heeft de school een verbouwing nodig van ongeveer één miljoen. Dat vindt de onderwijsstichting te kostbaar. Dus komt de florerende school als eerste in aanmerking voor sluiting.

Als ze er in Volendam niet uitkomen, spreken de centen

Het behoort een beetje tot de Volendamse cultuur om het over van alles en nog wat oneens te zijn. Er spelen altijd een groot aantal verschillende belangen en inzichten.  Die cultuur heeft twee oplossingen voortgebracht. De eerste is het ‘bazenmodel’. De SKOV is ook daar een goed voorbeeld van. De zojuist afgetreden bestuurders Dick Mooijer en Freek de Boer hebben een aantal jaren een soort dictatoriaal beleid gevoerd. Wat zij wilden, moest gebeuren. Zij besloten in 2013 dat de Jozefschool maar dicht moest. Daar kwam zoveel weerstand tegen dat ze het besluit introkken. Nu is de tweede oplossing aan de beurt. Als ze er in Volendam niet uitkomen, spreken de centen. Er wordt gekeken naar wat het minste kost of het meeste (en voor wie) opbrengt. Dit model is nu aan de orde. Het bestuur heeft gekeken welke school bij instandhouding de meeste kosten met zich meebrengt. Of die discussiestopper in dit geval geaccepteerd zal worden is nog maar de vraag. De GMR, de gemeenschappelijke medezeggenschapsraad is nog lang niet overtuigd en vindt dat ze te weinig gegevens heeft om tot een afgewogen oordeel te komen.

Centen verdringen waarden en gezond verstand

Wie alleen naar de centen kijkt, kijkt weg van een aantal andere belangrijke onderwerpen die bij een keuze een rol zouden moeten spelen.  ‘Alles van waarde is weerloos als geld een hoofdrol speelt’, zou je met een variant op de dichtregels van Lucebert kunnen zeggen. En er staat heel wat van waarde op het spel. Ik zou dat niet zo gemakkelijk kunnen zeggen als het om een armlastige onderwijsstichting gaat. Maar er is gewoon meer dan genoeg geld beschikbaar. Geld dat besteed kan worden om het voorzieningenniveau in het centrum voor de bevolking op peil te houden, geld dat het gemeenschapsgevoel in stand kan houden, geld dat besteed worden om belangrijke waarden in stand te houden. Geld dat op de goede manier wordt gebruikt, in plaats van op de verkeerde manier. De schatkist van de SKOV hoeft niet zo nodig nog voller te worden.

Gezond verstand

Er zijn nog wel andere manieren om te laten zien dat gezond verstand het af laat weten als er alleen naar de centen wordt gekeken. Volgens de bevolkingsstatistieken kan de Jozefschool de komende jaren op een aanwas van 30 tot 44 kinderen rekenen. Meer dan genoeg om de school in stand te houden. Aan de westrand van het dorp ligt dat heel anders. Daar staan drie basisscholen. Voor de komende drie jaren moet rekening worden gehouden met een aanwas van respectievelijk 56, 37 en 43 kinderen. Alleen de aanwas in het eerste jaar is voldoende om nog twee scholen in stand te houden. Daarna levert de verouderende wijk onvoldoende aanwas om zelfs nog twee scholen in stand te houden. Om dat toch te kunnen bereiken zal de SKOV kinderen uit andere wijken verplichten om naar scholen te gaan die dreigen leeg te lopen. Er zal worden gesleept met kinderen om het beleid in stand te houden. Het gebruik van kinderen uit andere wijken om leeglopende scholen gevuld te houden zal in de toekomst ook voor de nodige deining zorgen. Met de kinderen van de Jozefschool zal ook worden gesleept. Hoewel het SKOV-bestuur zegt ze te willen laten verhuizen naar de Petrusschool, wijzen insiders er op dat dit onhoudbaar is en de kinderen verdeeld zullen moeten worden over de Petrusschool en de Nicolaasschool. Geldgestuurd beleid alsof de onderwijskoepel een onderneming is die winst moet maken ten koste van ouders en hun kinderen.

Nieuwe bestuurder

Sinds 1 februari heeft de onderwijskoepel een professionele bestuurder, Hans van Rooijen, die de twee amateur-bestuurders Mooijer en de Boer vervangt. De laatste twee hebben hem echter hun erfenis achtergelaten in de vorm van het besluit dat de Jozefschool dicht moet. Hans van Rooijen heeft geen aandeel in het besluit gehad, wel kreeg hij opdracht om het aan de betrokkenen bekend te maken. Van Rooijen is opgezadeld met het uitvoeren van het besluit en zal ook als eerste met veel tegenstand te maken krijgen. Het is te hopen dat hij als onderwijsman de ruimte zal nemen om het beleid meer op onderwijsdoelen en onderwijswaarden te schoeien dan zijn amateuristische geldbeluste voorgangers. Hij heeft één ding mee. Welke school er ook zal worden gesloten, er hoeft niemand werkeloos te worden. Het berekende personeelsverloop voor de komende jaren biedt ruimte genoeg om iedereen te herplaatsen. Dat in aanmerking nemend geeft veel ruimte voor een op onderwijswaarden en gemeenschapswaarden gebaseerd besluit over welke basisschool het eerst in aanmerking komt om te worden gesloten. Wat mij betreft is dat in ieder geval niet de Jozefschool. Er is geld genoeg om er voor te zorgen dat die nog jaren mee kan en hij is die investering meer dan waard.


Maar voordat hij aan die klus begint zou Hans van Rooijen hulp moeten zoeken om het huidige amateuristische bestuur van de onderwijskoepel te vervangen door mensen met visie en gezond verstand. 

maandag 9 februari 2015

Liegt de fractievoorzitter van Lijst Kras?

                                                                      
Loek Kras


In het Volendams weekblad De Nivo van 4 februari 2015, staat een uitgebreid artikel waarin de fractievoorzitter van de lokale partij, Loek Kras, zijn woede uit over de gang van zaken bij een bezwaar dat het Volendams bedrijf Nieuw Leven en de bewoners van het centrum  bij de Raad van State hadden ingediend tegen de plannen van de gemeente om het centrum van Volendam grootschalig te verbouwen.

Vrieskist

Volgens Loek Kras gaat het bezwaar over een oud plan dat in de vriezer zit en niet door gaat. Hij verwijt de ambtenaren die de gemeente hebben vertegenwoordigd op de zitting van de Raad van State dat zij ver buiten hun opdracht en bevoegdheid zijn gegaan. Ze hebben het oude plan daar op tafel gelegd en verdedigd en dat had nooit mogen gebeuren. De betrokken wethouders Wim Rijkenberg en Marisa Kes en de fracties hebben zich onmiddellijk van de gang van zaken gedistantieerd.
Volgens Loek Kras is er een intern onderzoek gestart en moet de zaak tot op de bodem worden uitgezocht. Los van de uitslag vindt hij dat de betrokken ambtenaren moeten worden berispt. De gang van zaken ziet hij als schadelijk voor het vertrouwen in zijn partij die zich juist heeft ingezet om de megalomane plannen van tafel te krijgen.

Rare zaak

Het is een vreemde gang van zaken. Ambtenaren kunnen zo maar een vrieskist openen en de daarin opgesloten plannen op eigen houtje ontdooien. Dat is natuurlijk niet zo. Het is dan ook de vraag of de betrokken ambtenaren als zondebok moeten dienen voor het feit dat leidinggevenden en wethouders niet hebben zitten opletten. Het is ook niet de eerste keer dat bij de gemeente Volendam op die wijze zondebokken worden gezocht.
Het verhaaltje over de vrieskist geloof ik niet erg. Bezwaarmakers komen niet zo maar terecht bij de Raad van State. Daar is een hele procesgang aan vooraf gegaan via de rechtbank en het gerechtshof. Het is dus een al lang lopende kwestie met dat bezwaar.  Kennelijk hebben leidinggevenden en/of wethouders verzuimd om de ambtenaren die zich met deze zaak bezig hielden het sein te geven dat het plan niet meer verdedigd hoefde te worden. Dat is aannemelijk. In verband met deze kwestie heb ik al eens eerder gesignaleerd dat de plannen weliswaar bevroren waren, maar nog niet van tafel. Er is nooit ergens een besluit genomen dat de plannen zijn herroepen en naar de prullenbak konden.
Als het waar zou zijn dat, zoals Loek Kras beweert, ambtenaren ver buiten hun opdracht en bevoegdheid zijn gegaan, lijkt het voorstel om ze te berispen niet geloofwaardig. Het lijkt me, als het waar zou zijn, eerder aanleiding voor ontslag. Bij de gemeente Edam-Volendam zijn aardig wat mensen voor minder ontslagen of weggewerkt.
Het wordt nog raarder als uit de B&W besluiten van 27 januari 2015  blijkt, dat het college de ambtenaren heeft gemachtigd om de gemeente te vertegenwoordigen in het geding bij de Raad van State. Men wist er van en het distantiëren is dan een ongeloofwaardige actie.
Er zijn meer vragen rond deze kwestie. Ten behoeve van de grootschalige plannen heeft de gemeente een aantal huizen op de Zeestraat aangekocht. Hoewel de gemeente bezig is om panden die ze bezit te verkopen als ze geen nut voor de gemeente hebben, staan de aangekochte plannen niet op het verkooplijstje. Dat wekt het vermoeden dat de megalomane plannen niet definitief zijn opgegeven.

Weer een belofte gebroken?

Ongeveer anderhalf jaar geleden presenteerde de wethouder voor Ruimtelijke Ordening, Marisa Kes (VD|80)  grootschalige plannen voor de verbouwing van de Zeestraat en het Europaplein. Er moest veel meer winkelruimte worden gecreëerd omdat er volgens de wethouder in Volendam een statistisch tekort aan winkelruimte was. De plannen riepen veel weerstand op bij bewoners en winkeliers van het centrum. In de gemeenteraad bestond er onvoldoende draagkracht voor de plannen en de wethouder werd met name berispt omdat ze de inspraak niet serieus had genomen. ‘U bent bij het einde begonnen, in plaats van bij het begin’. Loek Kras, toen nog enig raadslid voor zijn partij steunde die kritiek voluit.
Afgaande op zijn uitspraken in het artikel staat hij niet meer achter zijn kritiek op de inspraak van destijds. Hij kondigt aan dat een nieuw plan, kleinschaliger van opzet in maart door het college aan de gemeenteraad zal worden voorgelegd. Daarna kunnen de bewoners en ondernemers inspreken. Dat is in strijd met de gang van zaken waar de gemeenteraad om heeft gevraagd. Die legde er de nadruk op dat plannen samen met de bewoners en ondernemers zouden moeten worden ontwikkeld. Bij de door Loek Kras geschetste gang van zaken komen ze weer in de situatie dat nagenoeg alles al vastligt en ze alleen nog invloed hebben op de te gebruiken steensoort en voegbreedte. De bewoners en ondernemers uit de oude kom klagen al maanden dat ze maar niets horen over de nieuwe plannen. Een gebroken belofte stel ik vast.

Niet geloofwaardig

Het in het Volendams weekblad door Loek Kras gevoerde verweer kan niet geloofwaardig worden genoemd. Het roept meer vragen op dan er beantwoord worden. De vraag is gewettigd of men toch stilzwijgend heeft ingestemd met de procesgang bij de Raad van State. Bij een gunstige uitslag, en voor de gemeente lagen die kansen zeer goed, zou een juridische hobbel zijn genomen die de uitvoering van de zeer grootschalige plannen op termijn toch door zouden kunnen gaan. Die hypothese kan worden getoetst. Als het volgens Loek Kras veel kleinere plan als puzzelstukje zou blijken te passen in het niet echt opgegeven oude plan, kan ook verklaard worden waarom de gemeente de aangekochte panden in de Zeestraat niet afstoot.

Gemeenteraad aan zet


In de huidige gemeenteraad is de bezetting wat anders dan in de gemeenteraad die voor de verkiezingen in 2014 de plannen nog niet voor uitvoering geschikt achtte. Gezien de ervaring dat de partijen die een coalitie hebben gesloten alle plannen van het college door dik en dun steunen, is het niet te verwachten dat deze gemeenteraad de plannen terug kan sturen voor nadere inspraak. Die situatie geeft het college de ruimte om inspraak formeel af te handelen. Er is geen plicht meer om met inspraak rekening te houden zoals de oude gemeenteraad dat graag wilde. Wantrouwen is gerechtvaardigd. Van de collegepartijen mag er geen wantrouwen bestaan. Maar wie het doen en laten van de getruukte wethouder van Ruimtelijke Ordening gevolgd heeft, kan weten dat er gezond wantrouwen altijd op zijn plaats is. Vertrouwen komt ter voet en gaat ter paard. Fractieleider Loek Kras moet daar maar eens over nadenken.