Deze week las ik een thriller die zich afspeelt in een
Mexicaans stadje waar een drugskartel zijn gang kon gaan omdat ze overheid en
politie in haar zak had. Onder de inwoners heerste een angstcultuur. Wie zijn
nek uitstak betaalde met zijn leven. Verzet vanuit de bevolking was kansloos.
Al lezende kwamen herinneringen terug aan het avontuur dat
ik met anderen ondernam in verband met de rehabilitatie van een brandweerman.
Een avontuur dat redelijk goed eindigde maar lange tijd ook kansloos leek. De
brandweerman was het slachtoffer van een burgemeester (hij is inmiddels
overleden) die een zondebok nodig had om het college te ontlasten van directe
schuld aan de Nieuwjaarsbrand. Die burgemeester kreeg de volle steun van zijn
opvolger Willem van Beek die naar willekeur aan alle touwtjes mocht trekken van het college en de gemeenteraad.
Natuurlijk is Edam-Volendam geen Mexicaans stadje, maar ons
avontuur heeft op onweerlegbare wijze duidelijk gemaakt dat ongecontroleerde
machtsuitoefening tot bizarre situaties leidt. Van Beek, met op de achtergrond
zijn vriend IJsselmuiden, maakte royaal gebruik van de middelen die hem ter
beschikking stonden. Driehonderdduizend Euro werd besteed aan juridische kosten
om de burgermeestervrienden uit de wind te houden. Ambtenaren werden ingezet om
het leven van de brandweerman zuur te maken en kranten er van te weerhouden om
aandacht aan de kwestie te besteden. Roddel en manipulatie werden ingezet om
ons burgerlijk verzet kansloos te maken. Van Beek, daar zijn vriend en vijand
het wel over eens, was (mede)schuldig aan de angstcultuur die op het
stadskantoor heerste. Zijn wil was wet en ook als hij over de rand van het
betamelijke ging, werd hij niet gecorrigeerd. Onze grootste teleurstelling was
echter de gemeenteraad. Waar we dachten te kunnen rekenen op de controlerende
taak van dat orgaan, bleken ze niet veel meer te zijn dan het verlengstuk van
het college. Één partij vormde de uitzondering: GroenLinks. Een van de leden
nam het initiatief om tot een oplossing te komen, maar werd met een reactie van
het college een kopje kleiner gemaakt. De ombudsman werd gemanipuleerd en dat
kon omdat IJsselmuiden familiaal verbonden was met de Vice-Ombudsman Van
Dooren. De Nationale Ombudsman nam wraak door inzage te geven in een brief van
IJsselmuiden waarin deze, in tegenstelling tot wat de gemeente als formeel
standpunt naar buiten bracht, de schuld nog steeds volledig bij de brandweerman
legde.
In de kwestie van de rehabilitatie van de brandweerman
speelde macht een veel grotere rol dan recht. Mexicaanse toestanden dus,
waarbij de integriteit van veel mensen beschadigd werd. Het is een geluk bij
een ongeluk dat hier, anders dan in Mexico, niemand letterlijk een kopje
kleiner wordt gemaakt en men hooguit spreekwoordelijk over lijken gaat. In ons
avontuur hebben we gezien hoe ambtenaren al dan niet gedwongen hun integriteit
te grabbel gooiden, zonder dat ooit iemand zich daarom bekommerde. Wie binnen
de macht meespeelt is een vriend van het bevoegde gezag, wie dat niet doet is
de vijand en kan consequenties verwachten vanwege het gebrek aan loyaliteit. De
verkeerde loyaliteit. Die kan op het werk nooit gelden voor personen maar wel voor gezamenlijke
doeleinden.
Het zal hier nooit zover komen als in Mexico waar overheid
en politie buigen voor de macht van een drugskartel en daar beter van worden.
Dat betekent niet dat er geen zorgen zijn. Ongecontroleerde politieke of
ambtelijke macht die zich handhaaft met manipulaties was niet vreemd aan de
gang van zaken op het Stadskantoor. Nog niet zo lang geleden voelden ambtenaren
zich genoodzaakt om uit angst anoniem te blijven bij hun klachten over vooral
gemeentesecretaris Marcel Hermans. De klachtenbrief werd niet voldoende serieus
genomen, zoals dat meestal gebeurt met de klachten van klokkenluiders. De
klachtenbrief verscheen nadat de nieuwe burgemeester de voorzittershamer van
Van Beek had overgenomen. Waarschijnlijk rekenden ze er op dat een nieuwe
burgemeester de klachten serieus zou nemen.
De angstcultuur op het Stadskantoor heeft lange tijd, veel
te lang bestaan. Hoe het er vandaag bij staat weet ik niet precies. De signalen
die ik krijg zijn diffuus. Er is een wijdverspreide onvrede en angst om
concrete bewoordingen te gebruiken. Dat snap ik wel, maar het wijst wel op
angst.
Ik formuleer het maar voorzichtig. Het lijkt er op dat men
er op het Stadskantoor nog steeds niet in is geslaagd om een cultuur te creëren
waarin alle werknemers zich veilig voelen. En zolang die situatie niet bestaat,
krijgen burgers niet het beleid waar ze recht op hebben: kostenefficiënt, doelmatig
en integer.
Om niet helemaal in mineur te eindigen. Niemand twijfelt aan
de integriteit van Lieke Sievers, onze huidige en nog steeds een beetje nieuwe burgemeester.
Wat dat betreft zijn we er flink op vooruitgegaan. Het eigen belang staat bij
haar niet hoog op het prioriteitenlijstje. Ik geloof ook dat de gemeente
serieuzer bezig is met het luisteren naar inwoners. Of het allemaal zo mooi is
als de propagandistische informatiekrant, die vandaag in de bus rolde, ons
voorhoudt, betwijfel ik. Die krant stinkt een beetje naar drukinkt en eigenroem
en laat nog steeds de vraag open of het werkklimaat op het stadskantoor veilig
is.